
Er zijn verschillende vormen arbeidscontracten in Nederland
Deel op sociale media:
Een overeenkomst of contract is een officiële afspraak tussen twee of meer personen of organisaties. In het contract staat wat de personen of organisaties moeten doen en wat ieders rechten zijn. Bijvoorbeeld: iemand doet werk of levert een product, en de ander betaalt daarvoor. In dit artikel leggen we uit wat een arbeidscontract of arbeidsovereenkomst is en welke verschillende soorten er zijn.
In Nederland zijn er verschillende soorten arbeidscontracten
Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd (tijdelijk contract)
Een tijdelijk contract is maar voor een bepaalde tijd. Het heeft altijd een duidelijke einddatum.
Je mag maximaal 3 tijdelijke contracten krijgen in een periode van 3 jaar.
Na 3 tijdelijke contracten of 3 jaar een tijdelijk contract bij dezelfde werkgever heb je recht op een vast contract.
Zit er meer dan 6 maanden pauze tussen twee contracten? Dan begint de telling opnieuw.
Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (vast contract)
Een vast contract heeft geen einddatum.
Dit geeft je meer zekerheid, omdat er geen einde aan je contract is en je werkgever je niet zomaar kan ontslaan.
Je krijgt elke maand een stabiel loon. Daardoor kun je bijvoorbeeld een hypotheek aanvragen.
Je bouwt een vast pensioen op en hebt vaak extra zekerheid bij ziekte of arbeidsongeschiktheid.
Je hebt rechten volgens de wet, zoals een opzegtermijn.
Uitzendcontract
Bij een uitzendcontract heb je een contract met een uitzendbureau. Dat uitzendbureau verhuurt jou tijdelijk aan een ander bedrijf waarvoor jij werkt. Dat bedrijf heet de inlener.
Het uitzendbureau moet je hetzelfde behandelen als de vaste werknemers van het bedrijf waar je werkt.
Het is soms makkelijker om via een uitzendbureau een baan te vinden en zo te beginnen met werken.
Het geeft flexibiliteit, omdat je bij verschillende bedrijven kunt werken.
Je hebt vaak minder zekerheid.
Je bent afhankelijk van het soort uitzendcontract dat je krijgt.
Oproepcontracten
Er zijn 3 soorten van oproepcontracten:
1. Oproepcontract met voorovereenkomst:
Bij een oproepcontract beslis je zelf of je gaat werken als je werkgever je oproept. Pas wanneer je gaat werken gaat het contract in met de afspraken die je eerder in de
hebt afgesproken.voorovereenkomstJe krijgt loon voor de uren die je echt hebt gewerkt.
Na 3 opeenvolgende contracten krijg je een vast contract. Deze 3 contracten moeten wel steeds binnen 6 maanden na het vorige contract worden afgesloten.
Ook als je langer dan 3 jaar meerdere tijdelijke contracten hebt gehad, heb je recht op een vast contract.
Voor elke periode waarin je werkt, krijg je een nieuw tijdelijk contract.
2. Nulurencontract
Je gaat aan het werk als je werkgever je oproept.
Je kunt een contract voor bepaalde tijd of voor onbepaalde tijd hebben.
Je hebt geen vast aantal uren in je contract.
Je werkgever betaalt alleen loon voor de uren die je werkt. Dit moet op papier staan.
Elke keer dat je wordt opgeroepen, heb je recht op minimaal 3 uur loon. Ook als je maar 1 uur hebt gewerkt.
Deze regel geldt voor de eerste 6 maanden.
Ben je langer dan 6 maanden in dienst? Dan heb je recht op doorbetaling van loon, ook als er geen werk is of als je niet wordt opgeroepen. Dit heet
3. Min-maxcontract
Een min-maxcontract is een oproepcontract met afspraken over een minimum en een maximum aantal uren.
Je hebt een contract voor bepaalde tijd of onbepaalde tijd.
In het contract staat hoeveel uur je minimaal moet werken.
Voor deze uren krijg je altijd betaald, ook als je niet wordt opgeroepen.
Er staat ook in hoeveel uur je maximaal kunt werken.
Je krijgt loon voor het totaal aantal uren dat je werkt.
Elke keer dat je wordt opgeroepen, heb je recht op minimaal 3 uur loon. Ook als je maar 1 uur werk.
Dit geldt voor de eerste 6 maanden.
Ben je langer dan 6 maanden in dienst? Dan geldt de loondoorbetalingsverplichting. Dit betekent dat je loon moet krijgen als je bent opgeroepen maar toch niet kunt werken door een reden die bij de werkgever ligt.
Voorwaarden van een arbeidsovereenkomst
Als je een arbeidsovereenkomst hebt, gelden er een paar basisregels:
Je bent in dienst van je werkgever. Je werkgever mag je opdrachten geven en bepalen welk werk je doet.
Je krijgt loon voor je werk. Meestal is dit geld. Soms mag een deel van je loon in natura zijn, bijvoorbeeld maaltijden of kost en inwoning. Dit mag alleen boven op het minimumloon.
Je doet zelf het werk waarvoor je bent aangenomen.
Dat staat er in je arbeidsovereenkomst
In een arbeidsovereenkomst (arbeidscontract) staan de afspraken tussen jou en je werkgever. Je hebt een arbeidsovereenkomst als je in dienst bent en loon krijgt. Dat heet werken in loondienst.
In het contract staan meestal deze zaken:
De naam en woonplaats van jou en je werkgever.
De plaats(en) waar je werkt.
Je functie of het soort werk dat je doet.
De datum waarop je begint met werken.
De duur van het contract (bij een tijdelijk contract).
Hoeveel uur je werkt (per dag of per week).
Je salaris en wanneer je dit krijgt uitbetaald.
(Eventueel) de lengte van je proeftijd.
De hoogte van je vakantietoeslag.
Het aantal vakantiedagen.
De opzegtermijn (hoe lang van tevoren je moet stoppen of je werkgever mag stoppen).
(Eventueel) je pensioenregeling.
(Eventueel) een concurrentiebeding (afspraken dat je niet direct bij een concurrent gaat werken).
De cao (collectieve arbeidsovereenkomst), als die geldt voor jouw werk.